Mogen dieren in de winter op de weide blijven?

Mogen dieren in de winter op de weide blijven of zet je ze beter op stal of in een schuur? Al kunnen de meeste runderen, paarden en schapen wel het hele jaar door buiten blijven, hun weerstand tegen extreem lage temperaturen hangt af van verschillende factoren, die zowel eigen kunnen zijn aan het dier als aan de omstandigheden.

 

Het wettelijke kader ...

De wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren stelt in artikel 4 §1: Iedere persoon die een dier verzorgt of te verzorgen heeft, moet de nodige maatregelen nemen om het dier in overeenstemming met zijn aard, zijn fysiologische en ethologische behoeften, zijn gezondheidstoestand en zijn graad van ontwikkeling, aanpassing of domesticatie, aangepaste voeding, verzorging en huisvesting te verschaffen.

De fysieke criteria waar men op moet letten ...

  • Geharde rassen hebben een grotere weerstand dan andere. Zo heeft een trekpaard of een pony een grotere natuurlijke weerstand dan een rijpaard of een racepaard. Hetzelfde geldt voor runderrassen: een melkkoe van het holsteinras kan minder tegen erg lage temperaturen dan een highlandrund.
  • Ook de leeftijd van het dier speelt een rol bij zijn weerstand tegen de koude. Erg jonge of oude dieren hebben een lagere weerstandsdrempel en mogen eigenlijk niet buiten gelaten worden in de winter.
  • De algemene gezondheidstoestand is natuurlijk ook van belang: een ziek of drachtig dier is zwakker en kan dus minder verdragen.
  • De kwaliteit, de dikte en de netheid van de vacht zijn ook belangrijk. Zo zal een dier dat werd geschoren of dat een erg dunne vacht heeft, niet goed tegen de koude kunnen. Een vuile en verwaarloosde vacht isoleert ook veel slechter dan wanneer ze goed wordt verzorgd.
  • Ook het lichaamsgewicht van het dier heeft invloed op zijn weerstand tegen lage temperaturen.
  • Een dier heeft meer of minder tijd nodig om zich aan te passen aan de koude. Een dier dat het hele jaar op de weide staat, past zijn metabolisme automatisch aan als de temperatuur schommelt. Het zal zich dus ook gemakkelijker aanpassen aan extreme temperaturen dan een dier dat een deel van de tijd in een stal of schuur staat.

De buitenomstandigheden

  • Door langdurige blootstelling aan regen of sneeuw verliest de vacht zijn isolerende eigenschappen.
  • De wind versterkt het koudegevoel.
  • In periodes van strenge vorst is het van het grootste belang dat de dieren over een afdak of een natuurlijke schuilplaats beschikken, waar ze uit de wind en beschermd tegen neerslag kunnen schuilen. De schuilplaats moet groot genoeg zijn zodat alle dieren op een droge plaats kunnen liggen. Als een dergelijke beschutting niet voorhanden is, moeten de dieren binnen worden gehaald.

De voeding

  • De voeding moet aangepast en voldoende zijn om aan de energiebehoefte van de dieren, die stijgt naarmate de temperatuur daalt, te voldoen.
  • Een regelmatige aanvoer van drinkwater is onontbeerlijk. Als er zich op de drinkbakken ijs vormt, dan moet dat ten minste tweemaal per dag worden gebroken.

Als u een vraag hebt over dierenwelzijn

  • Op 1 juli 2014 werd de regelgeving over het dierenwelzijn geregionaliseerd. U vindt de geldende wetgeving, algemene informatie en nuttige links op de site van de Vlaamse overheid.

Wat te doen als u meent dat er sprake is van verwaarlozing?

  • Praat er eerst over met de eigenaar van de dieren.
  • Contacteer eventueel de Vlaamse Dienst voor natuur en milieu. Een klachtenformulier vindt u op de site van de Vlaamse overheid over dierenwelzijn.
  • Indien de eigenaar niet gekend is, neemt u best contact met de lokale politie.

bron: www.secunews.be

Je vraag blijft onbeantwoord? Contacteer Lokale Politie Het Houtsche via het contactformulier of telefonisch via 050 82 08 00.